Een weg naar Pasen
De vreugde van carnaval is weer achter de rug. Een prachtig volksfeest waarin je je zorgen en verdriet een paar dagen opzij kunt zetten. Ogenschijnlijk lijkt iedereen blij en gelukkig, maar schijn bedriegt. Na die dagen komen de dagelijkse beslommeringen terug en vervalt men weer in zorgen of verdriet die men even kon loslaten.
In het christelijk geloof krijgen we na de carnaval de Veertigdagentijd dat een periode van vasten inhoudt. Dat geeft een grote wending aan je leven in denken en doen. Ons uitbundige leven van eten en drinken wordt dan vervangen door bezinning en komt de vraag boven: hoe sta ik in het leven? Wanneer we deze bewustwording in de context zetten van het lijden en sterven van Jezus, dan wordt ons leven zinvol met een hoopvol geloof. De overwinning op de dood vieren wij met Pasen. Voor de mens een liefdevolle genade die ons redt van de eeuwige dood en ons zal brengen in de eeuwigheid van Gods liefde. Het op weg zijn naar Pasen geeft ons een hoopvolle toekomst.
Op wonderlijke wijze heeft een ernstig zieke vrouw de woorden van Jezus met blijdschap aangenomen. Deze vrouw werd op een brancard van een Mijn Laatste Wens ambulance de kerk binnen gereden en stopte voor het altaar. Al biddend lag zij op haar brancard voor het beeld van de gekruisigde Heer in het liturgisch centrum. Deze vrouw sprak ik aan nadat ik toestemming had gevraagd aan haar familie. De vrouw vertelde me dat zij erg bedroefd was en had een grote twijfel of het eeuwig leven haar wel geschonken zou worden, omdat zij weinig aan haar geloof gedaan had. Zij keek me aan met tranen in haar ogen.
Ik vertelde haar het verhaal van de twee misdadigers die naast Jezus aan een kruis hingen. Eén van hen zag zijn eigen fouten en kwam tot geloof met de woorden: “Jezus, denk aan mij, wanneer Gij in uw Koninkrijk gekomen bent”. En Jezus sprak tot hem: “Voorwaar, Ik zeg u: Vandaag nog zult gij met Mij in het paradijs zijn”. De misdadiger zag op het laatste moment van zijn leven Jezus als zijn Verlosser. Zo was de vrouw ook naar Jezus toegekomen en zag Hem als haar Verlosser. “De Bijbel spreekt over de Goede Herder die zijn verloren schapen zoekt, dan zal Hij u niet afwijzen. U mag ook geloven dat God u met blijdschap zal ontvangen”, zei ik tegen die vrouw. “Dankzij het mysterie van Pasen.”
Aansluitend spraken we nog over de woorden die Jezus gezegd heeft volgens Joh.11, 25-26: “Ik ben de opstanding en het leven. Wie in Mij gelooft zal leven ook wanneer hij gestorven is, en ieder die leeft en in Mij gelooft zal in eeuwigheid niet sterven”. Troostrijke woorden die ons helpen te geloven dat wij ook de eeuwige liefde van God mogen binnengaan.
De vrouw en ik namen afscheid.
Tien minuten later zag ik haar voorbij rijden. Maar de vrouw zag me staan en ging rechtop zitten. Zij zwaaide naar me met grote blijdschap op haar gezicht. Voor haar was het Paasfeest al begonnen. Ik dankte God voor deze ontmoeting.
U wens ik ook een hoopvolle weg naar een vreugdevol Paasfeest.
Br. Diederik